Terwijl het alcohol nivo weer op normale levels aan het komen is moest ik opeens denken aan Jeugdgrond.
Jeugdgrond is de plek waar je – bewust – je jeugd hebt meegemaakt. Niet te verwarren met geboortegrond want daar ben je te klein voor om het te herinneren. Voor sommigen is hun geboortegrond ook hun jeugdgrond.
Hoe ik zo kom op dit item? Nou omdat ik merk dat mijn huisgenoot Dominic zich als een vis thuis voelt in Limburg. Hij kent de wegen, de paden, de heuvels en heeft veel leuke vrienden en vriendinnen dat is mij wel duidelijk geworden de afgelopen paar Carnavalsdagen. Je merkt aan alles dat hij ’thuis’ is in Zuid-Limburg.
Dat verklaard dus waarom Dominic nog graag in Limburg is. Hilversum – onze huidige ‘hometown’ – is voor hem ook al wel bekender terrein. Veel Hilversumers zien hem geregeld hardlopend door de stad voortbewegen. Maar het is toch nog anders voor hem als voor mij, aangezien ik er alweer sinds 1996 woon. Hij gaat daarom nog graag veel terug naar Zuid-Limburg, terwijl ik eigenlijk té weinig in Emmen meer terugkom.
Emmen? Jep, Emmen. Ik zelf heb jaren in Drenthe gewoond. Van mijn 7e tot mijn 25e. Dus je kan wel zeggen dat Drenthe mijn jeugdgrond is. Eerst in Beilen, toen in Aalden en vanaf mijn 12e jaar in Emmen.
Ik heb in Drenthe de dingen gedaan die elke jeugdige doet. Kattekwaad uithalen zoals Belletje Trekken (of Belletje Lellen), fikkie stoken, besjes bij mensen in open ramen schieten met een plastic buis, verstoppertje spelen of cowboytje en indiaantjes. Ach jullie hebben zelf ook wel voorbeelden genoeg van je jeugd.
Je eerste stappen zetten in je puberteit op het gebied van meisjes of jongens, je eerste keer naar de disco.
Maar natuurlijk ook je basisschool of voortgezet onderwijs volgen. Daar dus nieuwe mensen leren kennen, naast je buurt jongens of meisjes. Sommige van die klasgenoten worden je (beste) vrienden. De eerste stappen op het gebied van omgaan met mensen (in dit geval op school met leraren). Op school (en vaak juist op het voorgezet onderwijs) leer je dat je meerdere leraren krijgt, ipv juffrouw Jannie uit groep 7 of meester Piet in groep 8. Zo heb je meester Jansen voor Maatschappijleer of meester Zomers voor Nederlands. Dit zijn gewoon wat fictieve namen, want terwijl ik dit schrijf probeer ik wat namen boven water te trekken in mijn geheugen, maar het Korsakov syndroom heeft ervoor gezorgd dat ik blanco uit kwam.
Gaandeweg je eigen jeugd ga jij je ontwikkelen en leg je de basis voor je verdere leven. Dit gebeurd op vele gebieden: Thuis, bij je vader/moeder (of bij beiden als ze niet gescheiden zijn), op school met je klasgenoten en leraren en in je buurt. Leuke of minder leuke dingen die in je jeugd of op je jeugdgrond gebeuren kunnen bepalend zijn in de rest van je leven.
Ik merk dat ik Emmen toch mis als ik zie hoe DinoConstantino lekker ’thuis’ is, ouwehoert met oud klasgenoten of stapmaatjes en mij tussendoor verteld over de omgeving. “Hier heb ik gefietst naar school” of “Daar heb ik een aantal jaren gevoetbald” en “Oh ja, van die heuvel gingen we een keer met twee sleeën aan elkaar vast zo hard de heuvel af, dat we bijna de Geul in vlogen”.
In Emmen gingen wij sleeën van de hoogste heuvel in de stad en dat was het talud van de Rondweg. Fikkie stoken deden we in de vuilnisbakken op de Willem Alexanderschool naast ons huis. Belletje trekken was ik zelf niet zo van. Hardlopen was namelijk toen al niet zo mijn ding! ;-).
Heerlijk mijmeren over de tijd die geweest is en die je nooit meer terug zult vinden :-).